Het is schrikken geblazen als het hoofd van de intensive care, de adellijke Lina Aduma van Siccama, en Emmo Elema, de assistent chirurgie, elkaar na jaren weer tegenkomen. Hun oude liefde, die al lang gedoofd had moeten zijn, flakkert weer op. De twee kennen elkaar sinds hun kinderjaren en zaten samen op de middelbare school. In de vakanties voegde Joost zich bij het tweetal, een zoon van rijke ouders die de jachtpartijen van Lina's vader op Aduma Borg trouw bezochten. Het hele dorp verbaast zich als het toch niets wordt tussen Lina en Emmo. Men verwijt het Lina's vader, die Emmo als boerenzoon maar te min zou vinden. Maar Emmo weet dat dit niet waar is. Hij piekert zich suf waar het is misgegaan. Als hij het Lina vraagt, antwoordt zij dat ze het verleden wil laten rusten. Maar het vuur tussen de twee wakkert alleen maar aan. Emmo gaat praten met zijn vriendin Saskia, en biecht haar op dat hij Lina niet uit zijn hoofd kan zetten. Ook Lina moet bekennen dat zij weer is gaan houden van Emmo. Maar zij weet ook, dat haar droom over het grote geluk met Emmo, alleen gerealiseerd kan worden als zij de geheime gebeurtenissen uit haar verleden kan afhandelen en verwerken. Op het moment dat zij denkt daartoe in staat te zijn, duiken schimmen uit het verleden weer op De twee andere “borgboeken”zijn: Kloosterwier en Adumaborg.